Ode
Plannen federaal minister Marghem niet compatibel met verdere ontplooiing hernieuwbare energie

Plannen federaal minister Marghem niet compatibel met verdere ontplooiing hernieuwbare energie

20 november 2014

ODE, de sectorfederatie van de hernieuwbare energie in Vlaanderen, is bijzonder verontrust door de plannen van federaal energieminister Marghem om de levensduur van de nucleaire centrales Doel 1 en 2 met 10 jaar te verlengen, en deze beslissing te nemen nog voor er duidelijkheid is over de toekomst van de Doel 3 en Tihange 2, centrales die reeds twee maal werden stilgelegd vanwege problemen met waterstofinsluitsels.

Indien deze 4 nucleaire installaties terug op het net worden aangesloten - wat door de plannen van minister Marghem niet langer wordt uitgesloten - kan dit tot een congestie op het net leiden tijdens zonnige en winderige dagen. De kans op congestie zal bovendien de komende jaren verder groeien. Hernieuwbare elektriciteit staat vandaag reeds in voor 14 % van de elektriciteitsproductie in ons land. De lopende en komende investeringen laten toe om tegen 2020 een kwart van onze elektriciteitsproductie duurzaam te produceren. Technisch is dit niet compatibel met een overaanbod aan niet regelbare productie. Hernieuwbare energie is vandaag wettelijk beschermd en krijgt daardoor voorrang bij de productie waardoor deze niet worden afgeschakeld. Er bestaan echter plannen om windenergie financieel te sanctioneren bij een overaanbod op het net. Het heropstarten van nucleaire centrales, tegen alle vroegere plannen in, dreigt de kans op overaanbod te verhogen. De gevolgen van een dergelijk geïmproviseerd beleid zijn moeilijk te overzien.

Het valt op dat de minister in permanent overleg staat met de nucleaire sector, maar sinds haar aantreden geen enkel gesprek heeft gehad met de sector van de hernieuwbare energie.

Volgens ODE dreigt het beleid van minister Marghem de investeringen in hernieuwbare energie tot stilstand te brengen, terwijl de sector nood heeft aan een stabiel investeringsklimaat. Er moet immers, zowel in functie van de kernuitstap als van het halen van de Europese doelstellingen, hoogdringend werk gemaakt worden van bijkomende hernieuwbare energiecapaciteit.

ODE roept de minister en de regering op om pas te beslissen over de levensduurverlenging van de nucleaire centrales Doel 1 en 2, nadat er een definitieve beslissing is gevallen in het dossier van Doel 3 en Tihange 2. Bovendien is het noodzakelijk, om tot een evenwichtig beleid te komen, de sector van de hernieuwbare energie actief bij het beleid te betrekken, zoals ook op Vlaams niveau werd toegezegd.